[interview] Opportunistische oeverzwaluwen vinden tijdelijk verblijf in palenwand

10-06-2021 4212 keer bekeken

Je let even niet op, en daar zit ‘ie al. In een aantal uur hebben tientallen oeverzwaluwen een nestgang gemaakt in een palenwand voor het nieuwe viaduct bij de HSL. In gesprek met ecoloog Jeroen Demmer.

Wat is de oeverzwaluw voor vogel?

‘De oeverzwaluw is een van de zwaluwsoorten die we in Nederland hebben. Hij komt ieder jaar rond maart vanuit Afrika naar Nederland om te broeden. Daarna vertrekken ze weer. De oeverzwaluw is een beschermde diersoort, daarom zijn de werkzaamheden bij dit bouwwerk stilgelegd tot alle nesten weer verlaten zijn, dat is waarschijnlijk begin september. Het betreffende deel hebben afgezet met hekwerk, maar daarbuiten zijn we gewoon aan het werk.'

Hoe kwamen ze in de palenwand terecht?

‘Oeverzwaluwen maken hun nestjes in steile wanden. Vroeger was dat vooral bij rivieren en afgekalfde oevers, tegenwoordig zie je ook vaak nestjes in kunstmatige steile wanden, die speciaal daarvoor zijn aangelegd.’

‘Ik noem de oeverzwaluw ook wel opportunisten die ieder jaar opnieuw op zoek gaan naar een geschikte nestlocatie. Nu kwamen ze terecht bij de palenwand. Om die palen zit grout (een soort cement- zandachtig mengsel) dat nog niet helemaal was verhard. Mooie omstandigheden voor de oeverzwaluw om er een nest gang in te graven. Weten 2 beestjes die plek te vinden, dan heb je er binnen no-time veel meer. Ik schat dat er nu zo’n 50 tot 60 beginnende nesten zijn.’

Had je de oeverzwaluw hier verwacht?

Nu de vogels er zitten, is het een heel logische plek. Maar we hadden er geen rekening mee gehouden. De hoogte in combinatie met de nog niet uitgeharde groutlaag creëerde de perfecte steile wand. Zoiets was ik nog niet eerder tegengekomen.’

Hoe zien de nestjes eruit?

‘De vogels graven nestgangen de wand in. De lengte kan variëren tussen enkele tientallen centimeters tot wel 1,2 meter. De meeste nestgangen op deze locatie lijken nog niet zo diep. Dit heeft waarschijnlijk ook te maken met de uithardende grout, maar op deze hoogte kan mogelijk 30-40 centimeter al voldoende zijn. Gangen die niet zo hoog zitten, moeten dieper zijn, omdat roofdieren zoals vossen ze anders uit kunnen graven. In dit geval zijn niet per se diepe nestgangen nodig.’

‘De oeverzwaluw stopt meer energie in het uitgaven van de nestgang dan in het maken van een nestje. Daar is maar een beetje materiaal voor nodig. Wat takjes en wat stro, maar het is niet een mooi nestje zoals een merel dat bijvoorbeeld maakt. Het stelt eigenlijk niet zo veel voor.’

Hoe gaat het nu verder?

‘Aan de andere kant van de palenwand stond een soort gelijk bouwwerk. Dat hebben we afgedekt, zodat de vogels zich daar niet nestelen en we daar wel door kunnen werken. Het werk bij dit bouwwerk ligt nu dus even stil, maar de plek is relatief gunstig, het hele project ligt niet helemaal stil hierdoor, de vertraging is gelukkig minimaal.’

‘Ik ga ook af en toe kijken hoe het met de dieren gaat. Ze reageren goed op werkzaamheden die iets verderop nog plaatsvinden. Ze gaan gewoon door met landen op wand, maar je moet niet te dichtbij komen. Dat vinden ze niet leuk.’ 

Vind je het als ecoloog stiekem niet best leuk, al die oeverzwaluwen?

‘Gebeurd is gebeurd, maar het was fijner als het werk gewoon door kon gaan. Volgend jaar gaan we de mogelijkheden beperken. Dan is deze wand ook niet meer beschikbaar, omdat de werkzaamheden dan vergevorderd zijn. Het is natuurlijk wel interessant en leuk om te zien hoe vindingrijk de dieren zijn, ik had dit op basis van de plannen niet verwacht.’

 

Cookie-instellingen